Anababa | Expertise voor Ouders

© Copyright Applinet Bron: https://www.anababa.nl

Spelen

Spelen is leuk en belangrijk. Hoe geef je je kind genoeg ruimte om te spelen? En hoe bied je hem genoeg uitdaging?

Spelen is ontwikkelen

Spelen is ontzettend belangrijk voor de ontwikkeling van je kind. Daar zijn ouders en wetenschappers het over eens. Je kind denkt daar niet over na: hij speelt gewoon omdat hij het leuk vindt. Speelgoeddeskundige Marianne de Valck verwoordt dat op haar website als volgt:

Geen kind speelt om zich te ontwikkelen, een kind ontwikkelt zich door te spelen. Het kind speelt omdat – en zolang – het leuk is om te spelen. Bij spelen is het proces het belangrijkste, niet de prestatie. Kinderen spelen niet om de ontwikkelingswaarde maar om het spelen.

Kinderen spelen steeds minder

Kinderen spelen steeds minder. Waardoor komt dat? Globaal gezien is het zo dat kinderen:

  • steeds meer tijd aan televisiekijken en computeren besteden;
  • minder mogelijkheden hebben om (veilig) buiten te spelen en dat dus ook minder doen;
  • vaker speelgoed krijgen waar batterijen in zitten, wat hun fantasie en zelfoplossend vermogen in de weg staat;
  • minder ruimte krijgen van hun ouders om zich vies te maken, te bezeren of om dingen stuk te maken.

Jouw rol als ouder

Als ouder heb jij een belangrijke rol in het (laten) spelen van je kind. Jij bepaalt wat kan en wat mag, jij geeft de grenzen van de ruimte aan waarbinnen jouw kind mag spelen. Waaruit bestaat jouw rol?

  1. Maak het mogelijk voor je kind om te spelen. Zorg dat er tijd is om te spelen, en dat er een plek is om te spelen. Dat kunnen natuurlijk ook meerdere plekken zijn: binnen, buiten, in het bos, in de speeltuin. Geef je kind ook het speelgoed dat hij nodig heeft om mee te spelen.
  2. Wees betrokken bij het spelen van je kind. Wil je kind je iets laten zien? Wil hij dat je meespeelt? Geef hem dan de aandacht waar hij om vraagt. Dat kan niet altijd, maar probeer zo vaak mogelijk te laten zien dat zijn spel je interesseert.
  3. Stimuleer je kind en daag hem uit. Laat bijvoorbeeld zien dat je met één stuk speelgoed verschillende spelletjes kan doen. Bied speelgoed aan dat uitdagend, maar niet té moeilijk is.
  4. Geef je kind een complimentje als hij lekker aan het spelen is. Door jouw waardering weet hij dat hij goed bezig is en krijgt hij meer zelfvertrouwen.

De ‘schijf van vijf voor spelen’

Hoe jong of oud je kind ook is, hij heeft afwisseling nodig in zijn spel en in zijn speelgoed. Om de verschillende manieren van spelen te onderscheiden, heeft Marianne de Valck de ‘schijf van vijf voor het spelen’ ontwikkeld. Je kind kan als volgt bezig zijn:

  1. creatief: lekker bezig zijn met materialen, waarbij het eindresultaat niet het belangrijkste is
  2. constructief: volgens een plan werken naar een einddoel
  3. cognitief: alles waarbij de hersenen op de proef worden gesteld
  4. sociaal: spelen met anderen (kinderen of volwassenen)
  5. motorisch: bewegend actief zijn, grofmotorisch (bijvoorbeeld rennen en klimmen), fijnmotorisch (bijvoorbeeld kleuren en knippen), sensomotorisch (je kind stuurt zijn handen op gevoel, bijvoorbeeld puzzelen)

Wat kun je met de ‘schijf van vijf voor spelen’?

  • Je kunt je kind helpen om op meerdere manieren met één stuk speelgoed te spelen. Met een auto kun je bijvoorbeeld creatief een verhaal verzinnen, constructief een weg aanleggen, cognitief alle onderdelen benoemen, sociaal samen spelen, motorisch rondrijden.
  • Houd de ‘schijf van vijf voor spelen’ in je achterhoofd als je een cadeautje uitzoekt of om te bedenken wat je kind nog voor speelgoed zou kunnen gebruiken.
  • Gebruik de ‘schijf’ bij het kopen van sinterklaascadeautjes. Vijf kleine pakjes zijn nu eenmaal leuker dan één groot cadeau. En je hebt meteen een lijstje: iets creatiefs, iets constructiefs, iets cognitiefs, iets sociaals en iets motorisch.
  • Help je kind om zijn dag te vullen met iets uit de 5 vakken van de ‘schijf van vijf voor spelen’.
  • Organiseer je een kinderfeestje? Een programma heb je zo samengesteld als je activiteiten kiest uit de 5 vakken.

Het juiste speelgoed

Speelgoed is altijd een middel dat je kind in staat stelt om te spelen; het is geen doel op zich.

Bronnen

  • Het speelgoedboek. Eerste hulp bij het kiezen van speelgoed (2006) Marianne de Valck. Uitgeverij SWP, Amsterdam.
  • De visie van Marianne de Valck op haar website speelgoedadvies.nl

Auteur: MP. © Copyright Applinet 2009-heden.